Tutto chiudi negli occhi

for string quartet
2018 | duration: 20′
Published by BabelSCORES | ISMN : 979-0-2325-5219-4

Written for, and with the support of New European Ensemble (NL), Quartetto Maurice (ITA),
TW Classic Forst (BE), Freon Musica (ITA), Amarone String Quartet (GER).
Written with financial support of the Fonds Podiumkunsten NL in the framework of the Werkbijdrage Muziekauteur.

Audio
LISTEN  
Quartetto Maurice at November Music 2019

New European Ensemble at Gaudeamus Music Week 2018:
Link to the recording

Performances
09.09.2018 New European Ensemble, Gaudeamus Muziekweek, Utrecht, NL
12.12.2018 Quartetto Maurice, Istituto Italiano di Cultura, Buenos Aires, Argentina
16.12.2018 Quartetto Maurice, Distat Terra Festival, Choele Choel, Argentina
31.01.2019 Amarone String Quartet, Brandenburger Theater, Germany
17.02.2019 New European Ensemble, Bonnefantenmuseum, Maastricht, NL
25.05.2019 New European Ensemble, Beijing New Music Festival, China
28.05.2019 New European Ensemble, China Asean Music Festival, Nanning, China
01.06.2019 New European Ensemble, Hong Kong University of Science and Technology
18.06.2019 Amarone String Quartet, Bad Belzig, Germany
13.09.2019 Quartetto Maurice, music@villaromana, Firenze, Italy
20.09.2019 Zenne Quartet, TW Classic Forst, Brussels
22.09.2019 Zenne Quartet, La Tricoterie, Brussels
22.09.2019 Amarone String Quartet, Neuruppin, Germany
09.11.2019 Quartetto Maurice, November Music, Den Bosch, NL
09.12.2019 New European Ensemble, Culture Unlimited, Brussels
16.12.2019 New European Ensemble, Culture Unlimited, Amsterdam
26.05.2022 Quartetto Maurice, Carfanao, Israel
20.11.2024 New European Ensemble, Leiden University, NL

Notes (ENG)
In his music the Italian composer Giuliano Bracci works with recollection and the musical past. “I am interested,” he explains, “in the ideas of the French music philosopher Peter Szendy, who regards arrangements as a form of listening. For a composer, the transcribing or arranging of a composition is a way of writing down his own listening.” This idea has occupied Bracci for some time. He wrote Une Petite Fleur Bleue (2005), a short transcription of one of the Fiori Musicali, a collection of organ pieces by Girolamo Frescobaldi. Another example is Hortense (2013), an arrangement of Gesualdo’s madrigal Languisce al fin, which, as Bracci states, “appears in Hortense as a recollection.” In Una notte (2017) Franz Schubert’s song Der Doppelgänger comes over more like a dream. “Every piece is one step further away from a simple transcription,” Bracci recounts. In Tutto chiudi negli occhi he goes yet another step further. This time he dissects the work Nymphes des Bois – La déploration sur la mort de Johan Ockeghem by Josquin Desprez (1450-1521), one of the best known composers of the Franco-Flemish School. Bracci examines the tension between recollection and discovery, and wishes to make both the distance and the proximity of Desprez’ music audible. He not only uses Nymphes des Bois as material, but also sees it in a broader context, as a way of revealing our relationship with the past: “The connection between contemporary artistic practice and our cultural heritage can transform our relationship with history into a creative and relational process. Furthermore, it can contribute to our understanding of the present.” In Tutto chiudi negli occhi Bracci creates a musical dramaturgy based on the text used by Desprez. This yields sections which are totally Bracci’s own. There are also parts containing more direct reference to Desprez’ music, or even a re-writing of it. These two approaches blend together. Nymphes des Bois resonates as a reference and as an apparition. Or, as he himself describes it, “as a palimpsest, i.e. a manuscript from which the original text has been erased but traces of it are still legible. With this piece I want to create a listening experience which is centred around memory’s power to alter, preserve and destroy recollections.” This composition was made possible by a contribution from the Performing Arts Fund NL.
© Jan Nieuwenhuis

Notes (NL)
De Italiaanse componist Giuliano Bracci werkt in zijn muziek met herinnering en het muzikale verleden. “Ik ben geïnteresseerd,” legt hij uit, “in de ideeën van de Franse muziekfilosoof Peter Szendy, die het arrangement ziet als een vorm van luisteren. Voor een componist is het transcriberen of arrangeren van een compositie een manier om zijn eigen luisteren op te schrijven.” Dit idee houdt Bracci al langer bezig. Zo schreef hij Une Petite Fleur Bleue (2005), dat een korte transcriptie is van een van de Fiori Musicali, een verzameling orgelstukken van Girolamo Frescobaldi. Of neem Hortense (2013), een bewerking van Gesualdo’s madrigaal Languisce al fin, dat, zoals Bracci schrijft, “in Hortense verschijnt als een herinnering.” In Una notte (2017), komt het lied Der Doppelgänger van Franz Schubert meer als een droom naar voren. “Elke stuk is een stap verder af van een simpele transcriptie,” vertelt Bracci. In Tutto chiudi negli occhi gaat hij nog een stap verder. Ditmaal ontleedt hij het stuk Nymphes des Bois – La déploration sur la mort de Johan Ockeghem van Josquin Desprez (1450- 1521), een van de bekendste componisten uit de Franco-Vlaamse School. Bracci onderzoekt de spanning tussen herinnering en ontdekking en wil zowel de afstand als de nabijheid van de muziek van Desprez hoorbaar maken. Hij gebruikt Nymphes des Bois niet alleen als materiaal maar ziet het ook breder, als een manier om onze relatie tot het verleden bloot te leggen: “De connectie tussen de hedendaagse kunstpraktijk en het culturele erfgoed kan onze relatie tot de geschiedenis transformeren in een creatief en relationeel proces. Bovendien kan het bijdragen aan ons begrip van het heden.” In Tutto chiudi negli occhi bouwt Bracci een muzikale dramaturgie op de tekst die Desprez gebruikt. Dat levert stukken op die geheel van Bracci’s hand zijn. Ook zijn er delen waar er een directere referentie is naar de muziek van Desprez of haar juist herschrijft. Die twee houdingen vloeien in elkaar over. Nymphes des Bois klinkt door als een referentie en een spookverschijning. Of, zoals hij het zelf noemt, “als een palimpsest, dat wil zeggen, een manuscript waarvan het originele schrift is uitgewist voor nieuwe teksten maar waarvan nog steeds sporen te lezen zijn. Met mijn stuk wil ik een luisterervaring creëren die gecentreerd is rond de kracht die het geheugen heeft om herinneringen te wijzigen, te bewaren en te vernietigen.” Dit stuk kwam tot stand door een bijdrage van het FPK.
© Jan Nieuwenhuis